|
Proeven van goed samenleven Inleiding in het katholiek sociaal denkenDatum: 2 mei. 2012
Het vak van katholiek sociaal denken wordt door katholieken weinig meer beoefend. Daarom is het verschijnen van een nieuwe inleiding, gemaakt door Thijs Caspers in opdracht van het Verband van Katholiek Maatschappelijke Organisaties, opmerkelijk. Het boek bestaat uit drie delen, terwijl de tekst onderbroken wordt of geïllustreerd door tien portretten met mensen, die actief zijn in diverse functies en organisaties.
Hub Crijns is directeur van landelijk bureau DISK
Katholiek sociaal denken Het eerste deel maakt ons vertrouwd met het katholiek sociaal denken. De bron ligt in het evangelische dubbelgebod van de liefde tot God en de medemensen en vervolgens komt aan de orde hoe daarover door gelovigen en de kerk voortdurend is gereflecteerd. Als actieve spelers worden genoemd Kerk, het Leerambt en theologen. Die kijkrichting naar de Kerk wordt onderstreept met als eerste woordvoeders in Nederland Ariëns en Poels te noemen. Daarmee worden mensen als Ruys de Beerenbroeck (eerste katholieke premier), Aalberse (eerste katholieke minister van Sociale Zaken) en vooral Gerard Veldkamp (de katholieke bouwer van de verzorgingsstaat) jammer genoeg niet genoemd. Want even waar is dat katholieken, en vooral economen, filosofen en sociologen, gezocht en gewerkt hebben aan de ontwikkeling van een katholiek sociaal denken, dat bruikbaar was in de ontwikkeling van de maatschappij. Als voorbeeld hiervan geldt in Nederland nog steeds het grote Handboek Welvaart, welzijn en geluk in vijf delen van de Katholieke Raad van Overleg voor Sociaal-Economische Aangelegenheden van de katholieke maatschappelijke organisaties (werkgevers, werknemers, boeren, tuinders). Dit vinden we niet terug in deze inleiding. Het eerste deel eindigt met een bespreking van de vier principes van de sociale leer: Bonum Commune, subsidiariteit, solidariteit en menselijke waardigheid (oftewel personaliteit).
Pauselijk sociaal denken Het tweede deel gaat in op vooral de pauselijke documenten, die in die 120 jaar katholiek sociaal denken verschenen zijn. De lijst noemt de grote encyclieken en bespreekt deze uitvoerig, gelegd naast de context waarin ze verschenen zijn. Thijs Caspers slaagt er met deze werkwijze in om de beoogde toegankelijkheid waar te maken. Ontstaan, de inhoud ervan en de doorwerking in Nederland van de pauselijke brieven komen goed in beeld. Jammer genoeg gaat de auteur niet in op de bron, die het bisschoppelijk onderricht is. De Bisschoppen van Nederland hebben een hele traditie van sociaal denken ontwikkeld, van brieven rond arbeid en werkloosheid in de jaren tachtig tot en met de Vastenbrieven over sociale kwesties in de afgelopen jaren. Evenmin vinden we de bijdragen vanuit de katholieke maatschappelijke organisaties terug. Weinig kritisch is de auteur over de theologische verankering van het sociale denken naar een Sociale Leer, die onder het lange pontificaat van Johannes Paulus II is ingezet en door Benedictus VXI is voortgezet. Het sociale denken wordt zo meer en meer het eigendom van de Kerk (zoals tot uitdrukking komt in het niet genoemde Compendium van de Sociale Leer van de Kerk, 2004, Ned. vertaling 2007) en veel minder het voertuig van katholieken om actief te handelen in de samenleving.
Op zoek naar eigentijdse relevantie Het derde deel is de toepassing. Voor een deel herhalend, omdat de hoofdlijnen uit de encyclieken gehaald worden in vier verschillende fases. Vervolgens worden enkele kerngedachten uit het katholiek sociaal denken benoemd als: ‘samenleven is doorlopend oefenen’, ‘het goede begint bij het kleine’, ‘ordening wordt gaandeweg geschapen’, ‘samenleven is reageren op verandering’. Daar zou je als lezer meer van mogen verwachten. Je zou bijvoorbeeld in de portretten van de geïnterviewde mensen willen lezen wat voor hen opvallend is in het sociale denken en hoe ze dit zelf toepassen. Helaas wordt dat niet duidelijk. Eerder zien we een verschuiven van katholiek sociaal denken naar christelijk sociaal denken naar ‘als het maar sociaal denken’ is. De erfenis van ontzuiling, secularisering, weinig beoefenen van het vak sociaal denken wordt hier duidelijk. Hoewel inspirerend en bevlogen, is het onduidelijk of dit op grond van het sociale denken is. Waar in de ontwikkeling van het katholiek sociaal denken sociologie, economie en bestuurskunde belangrijke motoren waren en kritische kaders aanreikten, vinden we die in het deel over de toepassing helaas niet terug. Een gemiste kans. Want welk alternatief heb je te bieden tegen die seculiere empirische kapitalistische mens- en wereldvisie, die door alle lagen van onze samenleving heen sijpelt en dominant wordt?
Degelijk en toegankelijk Thijs Caspers heeft een ambitieus project tot een goed einde gebracht. Hij leidt ons degelijk in het vooral kerkelijk sociaal denken in, waarbij hij erop let hoe die moeilijke traditie toegankelijk kan worden. De mooie vormgeving en vele illustraties helpen daarbij. Katholieken uit maatschappelijke organisaties hebben met dit boek de inleidende lessen te pakken. Enige inleiding in de inzet van juist die maatschappelijke organisaties vanuit het katholiek sociaal denken zou welkom zijn. Het blijft onduidelijk wat we er aan hebben in deze tijden van wereldwijde crisis. Laat onverlet, dat het boek de moeite waard is om aan te schaffen en te gaan lezen.
Thijs Caspers, Proeven van goed samenleven. Inleiding in het katholiek sociaal denken, met een inleiding door Erik Borgman, Adveniat, VKMO, Adveniat-VKMO Baarn, ’s-Hertogenbosch; ISBN 9789491042294, 128 pag. € 19,50. Contact VKMO Sint Janssingel 92 5211 DA 's-Hertogenbosch
Tel: 073-6134140 Email: k.simons@katholieknetwerk.nl Internet: www.vkmo.nl
Deze activiteit maak onderdeel uit van het dossier Katholieke Sociale Leer
Meld hier eventuele onvolkomenheden
|
|
IN DIT DOSSIER | |
|